(deel 1 : “sociale contributies”)
Frankrijk heeft per 1 januari 2019 de heffing van sociale contributies aangepast voor inwoners en niet-inwoners. In dit artikel concentreren wij ons specifiek op de gevolgen van deze wijziging voor ingezetenen van Nederland (of België) met een tweede woning in Frankrijk.
Frankrijk heeft in het verleden steeds getracht om sociale contributies te blijven heffen van niet-inwoners over de winst bij verkoop van hun tweede woning in Frankrijk, terwijl al jaren duidelijk was dat hiermee in strijd wordt gehandeld met het verbod van cumulatie van sociale zekerheidswetgevingen (EU verordening 1408/71).
Onder de oude regeling betaalden ingezetenen van Nederland en België het standaard tarief van 17,2%. Vervolgens was het mogelijk om via een bezwaarschrift procedure 15,2% terug te claimen van de Franse belastingdienst. De zgn. prélèvement de solidarité van 2% (een solidariteitsheffing) kon niet worden terug geclaimd, want deze heffing is en was niet in strijd met Europees recht. Er lopen nog steeds een slordige 15.000 bezwaarschrift procedures voor de jaren 2012 t/m 2015.
Op dit moment is het nog mogelijk om 2017 en 2018 te reclameren. Door de nieuwe wetgeving die is ingegaan per 1 januari 2019 ontstaat er echter een geheel nieuwe situatie.
Het standaard tarief van de sociale contributies blijft gewoon 17,2%. Onder strikte voorwaarden is het nu mogelijk om recht te krijgen op een lager heffingstarief van 7,5%. Dit nieuwe tarief van 7,5% betreft simpelweg een verhoging van de eerder genoemde prélèvement de solidarité die vóór 1 januari 2019 nog 2% bedroeg. Om recht te kunnen krijgen op het tarief van 7,5% moet de belastingplichtige aan twee cumulatieve voorwaarden kunnen voldoen:
- Niet geregistreerd zijn binnen het Franse sociale zorgstelsel;
- Vallen onder een verplicht sociaal zorgstelsel van een ander EU land (of Zwitserland).
Het tweede criterium vormt in de prakrijk meestal geen al te groot probleem. Immers, ingezetenen van Nederland (en België) kunnen bij hun zorgverzekeraar een formeel bewijs opvragen dat ze in hun woonland onder het sociale zorgstelsel vallen. Helaas geeft het eerste criterium op dit moment grote problemen. Het is namelijk erg lastig om te bewijzen dat de belastingbetaler niet geregistreerd is binnen het Franse sociale zorgstelsel. Frankrijk draait de bewijslast om en vraagt om een bewijsstuk dat niet zomaar voorhanden is! Er moet nog wel een uitvoeringsbesluit worden gepubliceerd om een toelichting te geven hoe o.a. aan de bewijslast kan worden voldaan, maar het is inmiddels al februari en het besluit is er nog steeds niet… Op dit moment tasten we dan ook in het duister hoe aan het eerste criterium moet worden voldaan.
De Franse Notariële Beroepsorganisatie (zgn. Conseil supérieur du Notariat), zich bewust van deze situatie, heeft, in afwezigheid van het uitvoeringsbesluit, officieel positie ingenomen en raadt de Franse notarissen aan om cliënten vriendelijk te verzoeken vooralsnog maar gewoon 17,2% af te dragen. Franse notarissen houden op dit moment dus nog geen rekening met de nieuwe wetgeving, ondanks het feit dat de wettekst in casu helemaal geen uitvoeringsbesluit als voorwaarde vermeldt! Feitelijk is deze ook niet nodig, want de wet is op dit specifieke punt voldoende duidelijk. Als er aan de twee cumulatieve voorwaarden wordt voldaan is het lagere tarief van 7,5% van rechtswege van toepassing. De Franse Notariële Beroepsorganisatie geeft aan dat haar standpunt wordt gerechtvaardigd door het risico dat de registratie van de notariële akte van eigendomsoverdracht zou kunnen worden geweigerd. Een op zichzelf begrijpelijk standpunt, maar het gevolg daarvan is dat bij verkoop van een tweede woning ingezetenen van Nederland en België gedwongen worden om een bezwaarprocedure op te starten om het verschil tussen 7,5% en 17,2% terug te claimen. De ervaring leert dat Frankrijk geen enkele haast heeft met de behandeling van bezwaarschriften en het soms jaren duurt voordat er eindelijk wordt terugbetaald.
De omkering van de bewijslast die met deze nieuwe wetgeving is ingevoerd stelt ingezetenen van Nederland (of België) met een tweede woning in Frankrijk dus voor grote problemen. Bij welke overheidsinstantie moeten zij in Frankrijk aankloppen om te kunnen bewijzen dat zij niet geregistreerd zijn binnen het Franse sociale zorgstelsel? Welke documenten zijn er nodig? De positie van de Franse Conseil supérieur du Notariat is best begrijpelijk, maar absoluut niet in het belang van degenen die wettelijk recht hebben op het tarief van 7,5%.
Wij nodigen u uit om contact met ons op te nemen indien u in deze situatie terecht bent gekomen of indien u vragen hebt over de Franse vermogenswinst belasting (plus-value) regeling.
Mr. Albert MULDER, lid van het Heering Kennisteam, heeft specifieke expertise en jarenlange ervaring op dit gebied en deelt die graag met u.